donderdag 8 maart 2018

Mijn zoektocht naar mijn oudvader Janis Kelder

Genealogische puzzels maken deze hobby zo leuk. Vooral omdat je om de puzzel te kunnen oplossen eerst nog de puzzelstukjes moet verzamelen. En het verzamelen van de puzzelstukjes geeft je een bijzondere en persoonlijke toer door onze vaderlandse geschiedenis door de ogen van je eigen voorouder. Zo ook in het geval van de onbekende grootvader van mijn moeders oma.

Hij is lange tijd een raadsel gebleven in mijn 20 jaar onderzoek naar mijn voorouders. Mijn moeders oma was Catharina Hubregtse geboren in 1859 te Goes als dochter van Jan Hubregtse en Catharina Thorens. Van beide is geen vader bekend bij huwelijk of overlijden, en in dit verhaal draait alles om de onbekende vader van Jan Hubregtse.

De Burgelijke Stand bracht zo als gezegd geen informatie. De overlijdensake van Jan Hubregtse vermeldt geen ouders en zijn geboorte viel net voor de invoer van de Burgelijke Stand. Ook zijn huwelijksakte gaf geen informatie over zijn ouders en de huwelijkse bjilagen, vijf in getalen, worden nog wel vermeldt in een index maar de bijlagen zelf zijn helaas verloren gegaan. De eerste aanwijzing naar Jan's vader komt uit het bevolkingsregister van Goes. Zijn moeder wordt een aantal keren vermeldt met de naam Dina Kelder in plaats van Dina Hubregtse. En de volkstelling van 1811 vermeldt Dina Hubregtse en direct daaronder Jan Kelder van 1 1/2 jaar oud.

Dit was het eerste echte puzzelstukje van de gezochte vader van Jan Hubregtse. Maar Kelder, was dit de naam van de vader? Of werd hier iets anders bedoeld.  De website Zeeuwengezocht bood aanvankelijk geen uitkomst maar dankzij de doorlopende uitbreiding kwam uiteindelijk toch een huwelijk van een Janis Kelder (weduwe van Josine Dek) en Barendina Hubregtse naar voren 2 jaar voor de geboorte van de jonge Jan Hubregtse/Kelder. Het eerste puzzelstukje viel op zijn plaats Jan Hubregtse was de zoon van Jan Kelder. Maar wat ik ook zocht, ik kon niets vinden over deze Jan Kelder en ook zijn eerste vrouw Josine Dek was een raadsel.

Waarom wordt Janis Kelder niet meer wordt genoemd nadat zijn zoon Jan is geboren en waarom komt zijn zoon voor als Jan Hubregtse en niet Jan Kelder. Zijn ouders waren immers getrouwd?
Een vermelding van Jan Kelder overleden in Vlissingen op 28 december 1808 lijkt een stukje van de puzzel te zijn. Was Jan Kelder 2 maanden voor de geboorte van zijn zoon overleden? De burgelijke stand akte van dit overlijden gaf geen verwijzing naar Goes en er werd geen vrouw vermeldt. Toen ik een begrafenis inschrijving vond in de DTB van de Rooms Katholieke kerk te Vlissingen, voor een op 28 december 1808 overleden Joannes Keller, werd duidelijk dat dit toch niet onze Jan kon zijn. Zijn leeftijd was veel te jong en in de RK inschrijving werden ouders en vrouw genoemd. Helaas dit stukje past niet in mijn puzzel.

Om verder te komen moest ik elke minuscule aanwijzing onder de loep gaan nemen. Geen steen mocht blijven liggen zonder er onder te kijken. En dit leverde uiteindelijk een minuscuul puzzelstukje op dat toch in de puzzel bleek thuis te horen. Ik vond een referentie van een Suzanne Kelder die in het Huis van Bewaring van Middelburg was vastgezet en afkomsting was uit Hoedekenskerke. Omdat er in het bevolkingsregister van Goes ook een Suzanne Kelder voorkwam, kon het geen kwaad om Hoedekenskerke eens onder de loep te nemen. Misschien zou Suzanne een zus kunnen zijn.

De DTB boeken van Hoedekenskerke blijken nog niet te zijn opgenomen in de database van Zeeuwengezocht, maar er bestaan wel digitale versies op familysearch. Hoedekenskerke is een heel klein dorpje dus het doorzoeken van de doopboeken zou geen probleem mogen zijn, desnoods blad voor blad. Dit laatste bleek niet nodig want er bestaat al een index van het hele DTB boek. En wat schets mijn verbazing toen ik het huwelijk tegen kwam van Janis Kelder met Josine Dek en de doop van 3 van hun kinderen, waaronder Suzanne Kelder en precies in het goede jaar.

Wouw, dit gaf in eens een heel ander licht op de puzzel. Suzanne was geen zus maar een dochter uit zijn eerdere huwelijk. Ik had ineens een duidelijk tijdlijn, Janis was getrouwd in 1782 en had in dat huwelijk 3 kinderen gekregen. Ik ging opnieuw alle eerdere bronnen nalopen, een CD met DTB informatie van Goes kwam weer naar boven.  Daar bleek Suzanne ook in vermeld te worden als moeder van een buitenechtelijk kind met als doopgetuige Janis Kelder.  Een Janis kelder vermeldt in het poortersboek van Goes als afkomstig uit Picardië. Hmmm wacht eens, de huwelijksinschrijving in Hoedekenskerke vermelde dat Janis afkomstig was uit Zeezandwaart in Pikkardije.  Een onmiskenbare match, de inschrijving als Poorter te Goes geeft een jaartal dat Janis naar Goes is gekomen. De diverse vermeldingen van Janis Kelder gaven 2 keer een leeftijd, helaas niet met elkaar in sync, maar het geeft een tijdsvak voor zijn geboorte, tussen 1753 en 1759.

Als in een stroomversnelling komen allemaal gegevens naar voren. De site Historie van Goes vermelde een Janis Kelder die een kroegeniers vergunning had gekregen in hetzelfde jaar dat hij poorter van Goes was geworden. Hij had de kroeg "De Drie Morianen" overgenomen. En in 1803 was hij slijter geworden vanuit een gehuurd pand in de Korte Kerkstraat verkocht hij sterke drank op kleine schaal. De DTB boeken op de CD hielden voor begravenissen op bij 1806, maar vermelde wel in 1802 het overlijden van de vrouw van Janis Kelder, dat moet dus Josine Dek zijn geweest. Familysearch bleek nog verder te gaan en met het blad voor blad nakijken van de begrafenis vermeldingen voor 1810, vond ik in januari 1809 het overlijden van Janis Kelder. Dat was één maand voor de geboorte van zijn zoon, mijn betovergrootvader, Jan Hubregtse.

Alle feiten op een rijtje:

Jan Kelder, geb. Zeezandwaart in Pikkardije tussen 1753 en 1759, lidmaat Hoedekenskerke 13-4-1783, Met Attestatie vertrokken naar Goes 8-1-1795, poorter Goes 13-8-1796, Kroegenier Goes "De Drie Morianen" 1796, Slijter Goes 1803 (in gehuurd pand aan de Korte Kerkstraat), Goes 30-1-1797 koopt de kroeg "De Drie Morianen" van Cornelis Maartensen, overl. Goes 25 jan 1809, 1; otr/tr. Hoedekenskerke 19-1/6-2 1782 Josine Lambrechtse Dek, geb/ged. Hoedekenskerke 9/14 okt 1753, lidmaat Hoedekenskerke 13-04-1783, ovl. Goes 8-1802, dr. van Lambrecht Janse Dek en Krijna Adriaanse Haasdonk, 2; otr 2 Goes/Middelburg 30-5/7-6 1807, tr. Goes 24-6-1807 Barendina Hubregtse, geb. Middelburg Ambagt 15 feb 1782, ovl. Goes 14-6-1853.
Uit 1e huwelijk:
1. Joosje Kelder, ged. Hoedekenskerke 14-4-1782, get. de vader zelf die Luthers was, ovl. Hoedekenskerke 21-4-1782.
2. Suzanne Kelder, geb/ged. Hoedekenskerke 27/30-1-1785, get. Joseph Keller en Susanna Catharina Sleiser, ovl. Goes 19-1-1835; Gedaagde Middelburg 1-4-1817, aanklacht valsheid in geschrifte; gedetineerde Middelburg 1817.
3. Crijna Kelder, geb/ged. Hoedekenskerke 13/22-1-1786, get. Willemijna Dek
Uit 2de huwelijk:
1. NN Kelder; geb. Goes 29-4-1808, ovl Goes 29-4-1808 oud 1 uur.
2. Jan Hubregtse; geb. Goes 13-2-1809, ovl 's-Heerenhoek 29-5-1883.

Tijd om uit deze brij aan gegevens een plaatje te schetsen van onze geschiedenis door de ogen van  mijn oudouder Janis Kelder.

In 1781 of in de jaren daarvoor arriveert Janis in Hoedekenskerke. Hij is Luthers gedoopt en op dat moment achter in de twintig. De jaren tachtig in de 18e eeuw waren rumoerig. In Amerika hadden de Britse koloniën een onafhankelijkheids oorlog gevoerd en zich los gemaakt van de Briste Kroon. En de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden was in rep en roer door de Patriottenbeweging. Men was het absolutisme van Willem V beu en wilde meer democratie. Maar de bevolking was sterk verdeeld. Er was nog steeds een grote aanhang voor onze Prins van Oranje. In Frankrijk was grote onvrede over het absolutistische bewind van Louis XVI en de extravagante levenstijl van zijn vrouw Marie Antoinette. En bij onze zuiderburen was men juist weer niet gedient van de "verlichte" politiek van Jozef II van Oostenrijk. Het rommelde in heel Europa, zoals als Bob Dylan bijna 2 eeuwen later zong: "De Times they are a changing".

Waarom Janis naar Zeeland kwam weet ik nog niet. Mogelijk was hij als matroos of militair met een schip meegekomen en is na het afmonsteren door Zeeland gaan zwerven en kwam hij toevallig in Hoedekenskerke terecht.
Eenmaal aangekomen in Hoedekenskerke begint hij een relatie met Josine dek, dan 28 jaar oud. In 1781 blijkt ze zwanger te zijn. Omdat Josine Gereformeerd was en Janis Luthers was een huwelijk problematisch, maar Janis belooft zijn belijdenis te doen en zich te bekeren tot de Gereformeerde kerk. En zo komt het nog net voor de geboort, op 9 februari 1782 tot een huwelijk.

De geboorte gaat zoals zovaak in die tijd niet vlekkeloos en de jonge baby overlijdt al na een week. De belijdenis wordt hierdoor wellicht uitgesteld maar op 13 april 1783 een jaar na zijn huwelijk doet Janis dan toch belijdenis en wordt als lidmaat tot de kerk van Hoedekenskerke toegelaten.
Als zijn tweede kind wordt geboren in 1786 mag zijn Lutherse familie zelfs optreden als doopgetuigen. Normaal gesproken is dat geen vanzelfsprekendheid maar door de kerkraad was al in 1748 een besluit genomen dat dit mogelijk maakte. Zo lezen we in de doopinschrijving van Jan's tweede kind (Suzanne) "Getuige Joseph Keller en Susanna Catharina Sleiser, beide Luthers maar de ouders van de kinders beide zijn gereformeerd vergelijk aan 't het geval dan den 19 april 1765".  Het bedoelde besluit staat inderdaad opgetekend bij een doopinschrijving van de datum 19 april 1765 in hetzelfde doopboek.

"Een sonderling advijs des Classis dat men namentlijk kinderen van Lutherschen ouders ten doop zal toelaten mits de ouders op alle mogelijken wijzen te instinueeren wat zij te beantwoorden hebben en tot toestemming der zaken die te beantwoorden zijn te bewegen, na indien het wezen kan na gereformeerde getuigen een te laten omzien Waarbij teffens geresolveerd is indien Luthersche ledematen bij ons genegen waren te commiuneeren den zulken als dan zulks toe te laten. Classis van Goes 9 janu[ari] 1748"
[ met dank aan Willem Hak voor de correcties ]

Op 8 januari 1795 besluit Janis met zijn vrouw en kind naar Goes te verhuizen. Hij heeft kennelijk wat kapitaal weten te verzamelen want in Goes koopt hij zich in 1796 in als kroegbaas van de kroeg "De Drie Morianen" te Goes. Uiteraard moest hij hiervoor eerst een volle burger van Goes worden, vandaar de inschrijving als poorter van Goes in datzelfde jaar.  In het zelfde pand van De Drie Moriaenen, gelegen bij de Ganzepoort zat in 1590 ook al een herberg onder de naam "De Moriaen".  Later is de kroeg nog hernoemd naar "Het Wapen van Zeeland", tegenwoordig is er een aziatisch restaurant in gevestigd. Het pand zelf is een rijksmonument.

Het bestaan als kroegbaas was kennelijk niet helemaal wat Janus zich er van voorstelde, of hij werd door andere omstandigheden gedwongen het weer op te geven. In 1799 wordt het pand weer verkocht en als in 1803 de eigenaar zijn vergunning overdoet aan zijn schoonzoon, besluit Janis zich als slijter te vestigen in een gehuurd pand aan de Korte Kerkstraat te Goes. Dit hield in dat hij op kleine schaal sterke drank mocht verkopen, mits hij zich zou onthouden van het tappen van zoopjes en zetten van gelagen. Mogelijk heeft het overlijden van zijn vrouw in 1802 deze verandering geïnitieerd.
Janus was zeker niet de enige die dit probeerde.  In die periode is het aantal vergunningen dat in Goes hiervoor is afgegeven flink gestegen. Of dit gewoon toeval is, of dat dit misschien komt door dat mensen onder de Franse bezetting een grotere behoefte hadden om hun verdriet weg te drinken is puur gis werk. Maar een parallel met de jaren twintig van de 20e eeuw lijkt onmiskenbaar.

Alleen met zijn dochter Suzanne die inmiddels 18 is geworden ontmoet Janis zijn tweede vrouw Dina Hubregtse uit Middelburg Ambacht afkomstig. Zij arriveert rond de zelfde periode in Goes.  De twee besluiten te gaan trouwen en zoals het hoort wordt hun huwelijksaankondiging zowel in de plaats van herkomst van de bruid als die van de bruidegom ingeschreven. En zo komt het tot een huwelijk op 24 juni 1807.  Tien maanden later wordt hun eerste kindje geboren. De bevalling gaat niet goed want het kind overlijdt al binnen een uur na de bevalling. Dina overleeft de bevalling wel, maar de rampspoed is nog niet voorbij.  Dina wordt al snel weer zwanger, maar haar man wordt ziek en wordt opgenomen in het Gasthuis van Goes. Hier overlijdt Janis op 25 januari 1809.
Dina blijft hoog zwanger en zonder middelen van bestaan achter en moet haar toevlucht nemen tot de armenzorg. Waarschijnlijk woont ze al in het Manhuis als ze op 13 februari 1809 bevalt van haar tweede kind. Ze noemt hem Jan, naar zijn vader maar om onduidelijke redenen wordt het kind al snel Jan Hubregtse genoemd. Elke verwijzing naar zijn overleden vader Janis Kelder verdwijnt uit zicht.  Jan en Dina wonen lange tijd in het Manhuis, pas als Jan gaat trouwen met Catharina Thorens die hij ook in het manhuis heeft leren kennen begint heel langzaam de situatie te verbeteren. Pas in de laatste jaren van zijn leven weten Jan en Catharina weer een klein huisje in 's-Heerenhoek te bemachtigen waar ze hun oude dag in redelijke gezondheid kunnen beleven.

Het is bijzonder dat Dina en haar kind onder deze omstandigheden wisten te overleven. Dit is alleen mogelijk omdat Goes al geruime tijd hiervoor het armoede probleem had aangepakt en voor die tijd zeer goede voorzieningen had opgezet voor de opvang van de armen in de samenleving. Er was zelfs ruimte voor onderwijs aan de kinderen in het Manhuis. En hoewel de leefomstandigheden verre van ideaal waren, had men een dak boven het hoofd en kreeg men voldoende te eten.

En zo heeft deze zoektocht naar mijn oudouder Janis Kelder, mij veel geleerd over het leven aan het eind van de 18e eeuw. De omwenteling van het oude feodale stelsel naar een meer moderne democratie ging zeker niet zonder slag of stoot. Naast de vele oorlogen die hier uit voort zijn gekomen, ontstond er ook op grote schaal armoede. De samenleving was echter niet blind voor het probleem, en binnen de mogelijkheden van de tijd probeerde met de getroffenen zo goed mogelijk op te vangen. De vele bronnen waar ik uit kon putten zijn het resultaat van de politiek van Napoleon, die een dienstplicht invoerde om zijn grootte legermacht te kunnen opbouwen. Hiervoor moest hij weten wie, waar leefde en hoe oud zij waren. De volkstellingen die daar uit voortvloeide en de opzet van de burgelijke stand hebben  mij uiteindelijk inzicht kunnen geven in het leven van Janis Kelder. De zoektocht is zeker nog niet voorbij. Hoewel het beeld van de puzzel nu is omlijnd, zijn er nog vele onbekende delen in het leven van Janis. Waar is hij precies geboren? Wie waren zijn ouders? Hoe is hij in Zeeland beland?

Bronnen


zondag 11 juni 2017

Familie de Cock in Sint-Pauwels II

In mijn vorige blog entry noemde ik al Bauwen de Cock als vader van Jan de Cock. Ik was natuurlijk erg nieuwsgierig of ik de lijn nog een generatie verder kon doortrekken. Dus de zoektocht ging verder. Twee bronnen boden uitkomst.  Het CYNS register vermelde Bauwen de Cock als man van Gillijne van Voorde met zeven kinderen; Maria, Rogier, Egidius (Gillis), Catharina, Jacob, Jozijne en Jan.  Ik vond ook een staten van goed akte uit 1541 met een Bouwen de Coc zonder vermelding van zijn vrouw maar wel werden er zeven kinderen genoemd. Evenveel als in de CYNS vermeld stonden.
De staten van goed akte vermeld twee voogde Thomas Noents en Jan Taybaert. De eerste voogd vond ik terug ik het Cyns register terug als man van Anna van Voorde de zuster van Gillijne. Bingo de staten van goed akte en de CYNS betreffen het zelfde gezin. De staten van goed akte vermeldt ook dat het jongste kind op 1 oktober 1542 drie jaar oud en dat Gillijne voor haar zeven kinderen zal zorgen totdat het jongste kind 15 jaar oud is. Dat betekent natuurlijk ook dat de andere kinderen nog niet waren getrouwd en nog onder de hoede van de moeder vielen dus ook nog geen 18 jaar oud waren. Dit gaf een prachtige tijdslijn voor het gezin. Alle kinderen moeten immers geboren zijn tussen tussen 1523 en 1539.  Voor het huwelijk ligt dan een schatting van rond 1520 voor de hand.

Het CYNS register vermelde ook dat dochter Marije de Cock trouwde met Gillis Stoop. Hier kon ik ook een staten van goed akte uit 1557 van terugvinden. Dat past dus prima in de tijdlijn die ik had vastgesteld. Als voogd in deze akte wordt Rogier de Cock genoemd. De broer van Marije.

De laatste interessante akte die ik kon terugvinden was van Jan Taijbaert getrouwd met Jozijne de Cock. Hier werd een Jan de Cock als voogd genoemd. Ook deze akte is van rond 1558 en dat past prima in de tijdlijn van Jozijne als dochter van Bouwend de Cock. Nu is de vraag natuurlijk is deze Jan Taijbaert de zelfde als de voogd die genoemd werd in de akte van Bouwen de Cock.
Het zou kunnen als hij al voor 1541 getrouwd was met Jozijne.  Dan was een aanstelling als voogd over de andere kinderen van Bouwen een logische keuze.  Wat tijdlijn betreft zou dat kunnen. Jozijne was dan wel jong getrouwd en moet één van de oudste kinderen van Bouwen de Cock zijn geweest. Een andere optie zou zijn dat de voogd Jan Taijbaert misschien de vader is van de schoonzoon Jan Taijbaert. Meestal is de eenvoudigste verklaring ook de juiste dus voor nu hou ik het er op dat Jan Taijbaert al was getrouwd met Jozijne op het moment van overlijden van haar vader en daarom als voogd werd benoemd over de nog onvolwassen kinderen van Bouwen.

Een hele tijd later werd mijn enthousiasme weer ontvlamt. Ik had een nieuwe bron gevonden. De slaper van de Heilige Geest van Sint-Niklaas. De Heilige Geest was de instelling die verantwoordelijk was voor de armenzorg. Een slaper is een register van eigendommen van de kerk. In 1542 heeft een zekere onderkapelaan Jacop Wittock van de kerk te Sint-Niklaas het register van eigendommen van de Heilige Geest opnieuw opgestelt en bijgewerkt naar de situatie van 1540. In deze bron wordt Bouwen fs Gillis genoemd als pachter van een stuk land in Sint-Pauwels. Onder de aanname dat er maar één Bouwen de Cock leefde in Sint-Pauwels trek ik dus hieruit de conclusie dat zijn vader Gillis heette.

In de zelfde bron wordt ook nog genoemd een Lijsbette fa Gillis de Cock, weduwe van Jacob Anne, Jacob de Cock getrouwd met Jozijne de Maere en een Bouwen de Cock getrouwd met Avezoet Hillegheer.  Van het Jacob en zijn vrouw Jozijne de Maere is ook weer een staten van goed akte bekend uit Sint-Niklaas. Als voogd van de wezen van Jacob de Cock treedt onder andere op Jan de Cock fs Gillis. En verderop in de akte lezen we dat de wezen ook via hun vader erven van hun grootheere Gillis de Cock.  Daarmee komen we inmiddels op vier kinderen in het gezin van Gillis de Cock. De vaders (die van Jacob dus)  erfenis komt voor 1/16 toe aan de bastard van zijne zuster.  Dit moet betekenen dat Lijsbette nog een kind buiten het huwelijk heeft gekregen. In de zelfde slaper wordt nog melding gemaakt van een Jan Polspoel alias de Cock, een Jacob Maes, alias de Cock en Jan Maes fs Jacob alias de Cock. Jacob Maes of Jan Polspoel zou mogelijk het kind van de buiten echtelijke relatie van Lijsbette kunnen zijn en Jan Maes fs Jacob alias de Cock zijn zoon.

Als we zoeken in de Cynsboeken vinden we in Sint-Pauwels nog enkele vermeldingen die mogelijk in de voorouder lijn van Gillis de Cock (I) horen.
7725
COCK (De Cock), Judocus, CYNS, gehuwd 1400 (Sint-Pauwels,OLV-Antwerpen,f1) met HONDT (D´Hondt), Joanne, CYNS (bron: Periode: 1370-1390), dochter van HONDT (D´Hondt), Joannes, CYNS en WELLE (Van Welle), Amelberga, CYNS.
Uit dit huwelijk:
1.m COCK (De Cock), Egidius, CYNS (bron: Periode: 1400-1420).
2.m COCK (De Cock), Boudewijn, CYNS (bron: Periode: 1400-1420).
3.m COCK (De Cock), Joannes, CYNS (bron: Periode: 1400-1420).
4.m COCK (De Cock), Judocus, CYNS (bron: Periode: 1400-1420).
5.v COCK (De Cock), Catherina, CYNS (bron: Periode: 1400-1420), gehuwd 1430 (Sint-Pauwels,OLV-Antwerpen,f1) met VRANCKE (Vrancke), Joannes, CYNS.
Bij deze vermelding vondt nog een verrassende correlatie met de lijst van weerbare mannen uit 1470. Hierin worden Gillis de Cock, Jan de Cock en Joos (Judocus) de Cock genoemt en ook nog Jan Vrancke. Het lijkt er dus op dat deze vier weerbare manen allemaal gerelateerd moeten worden aan het gezin van Judocus de Cock en Joanne d' Hondt.  Dit zou overigens wel betekenen dat het huwelijk verkeerd gedateerd zou zijn. Weerbare mannen waren tussen de 17 en 70 jaar oud en dat betekent dat dus dus minimaal voor 1453 geboren moeten zijn geweest.  Een huwelijk van hun ouders rond 1400 lijkt dan misschien wat laat.  De schattingen van huwelijksdata zoals deze in de Cyns registers worden genoemd zijn gebaseerd op grove schattingen die teruggerekent zijn van bekende doopdata uit de late 16e of 17e eeuw. Met een onzekerheid van 20 jaar per generatie loopt de foutmarge bij eerdere generaties snel op tot wel 80 jaar na. Wat de tijdslijn betreft zou het dus goed kunnen dat dit kinderen uit dit gezin horen bij de generatie voor Gillis de Cock (I) betreft.

Met deze foutmarge ingedachte zouden de onderstaande vermelding misschien wel om de zelfde persoon kunnen gaan die we kunnen koppelen aan Gillis de Cock (I) (direct of via de zoon Egidius) en die op zijn beurt weer een zoon is van Judocus en Joanne. Zonder verder informatie is het echter te veel speculatie om deze vermeldingen op deze manier te verbinden.
7805
COCS (Cocs), Egidius, CYNS, gehuwd 1470 (Sint-Niklaas,Sint-Baafs-abdij-Gent,par19) met GILLIJSJANSOENS (Gillijsjansoens), Elisabeth, CYNS (bron: Periode: 1440-1460), dochter van GILLIJSJANSOENS (Gillijsjansoens), Bouden, CYNS en VELDE (Van Den Velde), Elisabeth, CYNS.
Uit dit huwelijk:
1.m COCS (Cocs), Egidius, CYNS (bron: Periode: 1470-1490).
7804
COCS (Cocs), Egidius, CYNS, gehuwd 1400 (Sint-Pauwels,Sint-Baafs-abdij-Gent,par03) met (), Elysabeth, CYNS (bron: Periode: 1352-1384).
Uit dit huwelijk:
1.v COCS (Cocs), Barbara, CYNS (bron: Periode: 1400-1420), gehuwd (Sint-Pauwels,Sint-Baafs-abdij-Gent,par03) met SNOUCS (Snoucs), Joannes, CYNS.
Voor nu zijn de bronnen weer even opgedroogd.  De genealogie van de familienaam de Cock in Sint-Pauwels begint bij Gillis de Cock waarvan vier kinderen bekend zijn. Helaas nog geen vrouw en preciese tijdslijn. Er blijkt een verbinding te zijn met Sint-Niklaas maar nog onvoldoende informatie of de familie hier zijn oorsprong vond of dat de landerijen toevallig ook in deze parochie waren te vinden. Ik heb wat indicaties voor eerdere generaties gevonden maar helaas nog onvoldoende aanknopingspunten om deze in de genealogie op te kunnen nemen.

Alle gegevens bijelkaar gekomen komt er dan de volgende aanvulling op de genealogie uit mijn blog "Familie de Cock in Sint-Pauwels I":

I. Gillis de Cock, tr voor 1500 met onbekend

Uit dit huwelijk:
  1. Jan, voogd van de kinderen van Jacob.
  2. Lijsbette, (1) releatie met onbekende man, hieruit wordt een kind geboren, tr (2) Jacob Anne
  3. Jacob, volgt IIc
  4. Bouwen, volgt IId

IIc. Jacob de Cock, , ovl. Sint-Niklaas 1540, zn van Gillis de Cock, pachte in 1540 land in Sint-Niklaas belast met een rente aan de Heilige Geest van Sint-Niklaas, tr. Jozijne de Maere, dr van Bouwen de Mare en Josine Zeghers
Uit dit huwelijk:

  1. Gillis, tr. 1 Amelberga van Kerchove, tr. 2 Maria Albrechts

IId. Bauwen de Cock, geb voor 1500, ovl. Sint-Pauwels 1541, zn van Gillis de Cock, pachte in 1540 land in Sint-Pauwels belast met een rente aan de Heilige Geest van Sint-Niklaas, tr. rond 1520 Gillijne van Voorde, dr van Egidius van Voorde en Catharina Zeelanders
Uit dit huwelijk:

  1. Maria de Cock, geb tussen 1523 en 1539, tr rond 1550 Egidius Stoop
  2. Rogiergeb tussen 1523 en 1539
  3. Catharinageb tussen 1523 en 1539
  4. Egidiusgeb tussen 1523 en 1539
  5. Jacobgeb tussen 1523 en 1539
  6. Jozijnegeb tussen 1523 en 1539, tr rond 1550 Jan Taijbaert, ovl 1557.
  7. Jan de Cock, (volgt IIIg)

IIIg. Jan de Cockgeb tussen 1523 en 1539, ovl. Sint-Pauwels 1585, zn. van Bauwen de Coc, pachte 500 roede land in Sint-Pauwels gelegen in de Crayenacker, tr. ~˜1570 Maria Westelinck
Uit dit huwelijk twee kinderen:


  1. onbekend
  2. Jan de Cock, (volgt IV)

IV. Jan de Cock. geb tussen 1572 en 1575, ovl. Sint-Pauwels tussen 1628 en 1634, zn. van Jan de Cock en Maria Westelinck, tr. Sint-Pauwels 1595 Margaretha Verberckmoes, geb. aug 1574, overl. Sint-Pauwels 5-5-1650, buiten echtelijke dr. van Andries Verberckmoes en Livine Borms
Uit dit huwelijk:

  1. Tanneke sCocx, (geen doopgegevens alleen vermeldt in Staten van Goed)
  2. Maria de Cock, ged. Sint-Pauwels 23-9-1602 (geen moeder vermeld) get. Paschier Decautere en Machete Cocx, overl. Sint-Pauwels 15-9-1664
  3. Margriete de Coock, ged. Sint-Pauwels 11-10-1605 get. Andries Verbercmoest en Amelken sMaren (als vader vermeldt Hans, geen moeder vermeldt)
  4. Jan de Cock, ged. Sint-Pauwels 8-1608 (geen moeder vermeld) get. Pieter Gubels en Catharina Grembergen
  5. Joanna de Cocq, ged. Sint-Pauwels 16-9-1610, get Gillis Bogaert en Joanna Zegers overl. voor 1-4-1648, tr. Sint-Pauwels 17-5-1636 Adrianus Vereecken get. Joannes de Cock (broer van Joanna) en Egidius van Vlierbergen.
  6. Andries de Cocq, ged. Sint-Pauwels 18-4-1613, get. Joos Wilsens en Lisabeth van Deynse.
  7. Amelberga Cocq, ged. Sint-Pauwels 23-11-1617, Doopgetuigen Joannes de Wilde en Amelberga Spildoren, ovl. voor 1634 (als vader vermeldt Joos)
  8. Petronella Cocq, ged. Sint-Pauwels 26-2-1620, get. P[iete[r van Stappen en Cath[ari]ne Wuytack

maandag 29 mei 2017

Familie de Cock in Sint-Pauwels I

Bij het onderzoeken van je familie loop je vaak vast als de doopboeken niet meer voorhanden zijn. Gelukkig zijn er nog andere bronnen zoals weesboeken, penningkohieren en leenregisters die inzicht kunnen verschaffen in de relaties van onze voorouders. Deze bronnen zijn echter lang niet volledig en geven vaak niet meer dan een naam, soms een datum vaak alleen een jaar en een min of meer locatie. Het is dan een hele puzzel om deze fragmentarische gegevens aan elkaar te relateren en de juiste familieverbanden tussen genoemde personen te vinden.  In dit bos van mini aanwijzingen is de stamboom onderzoeker op zijn best en moet hij oude bronnen soms pagina voor pagina doorspitten en bewerken om dat kleine stukje informatie te vinden dat de puzzel ver genoeg verbindt om het grotere plaatje te kunnen zien.
In dit stadium is geduld de belangrijkste partner in het onderzoek en spring je als een gat in de luch als een bewerking van een oude bron van een collega onderzoeker een naam onthult die relevant kan zijn in jou eigen onderzoek. Je moet je ook beslist niet beperken tot de mannelijke of vrouwelijke lijn die je afspeurt voor je eigen onderzoek. Elke akte kan je verrassen met een klein detail over een broer/zus, een oom of grootvader.  Zelfs de naam van een voogd kan net de verbinding vormen waar je naar op zoek bent.
Een geval waar geduld en het keer op keer nauwlettend nalopen van de zelfde informatie zijn vruchten afwierp is de familie de Cock uit Sint-Pauwels. Onmisbaar in deze puzzel bleek ook de enorme inspanning die de Vlaamse Verening voor Familiekunde afdeling Land van Waas in de afgelopen decenia heeft verricht in het indexeren en bewerken van diverse bronnen uit dit gebied. Zonder deze bewerkingen was het ontrafelen van deze puzzel een onmogelijke taak geweest, en moet ik bekennen zouden er al niet eens puzzelstukjes geweest zijn om verder te kunnen verbinden.

De doopboeken hadden mij gebracht naar Maria de Cock dochter van Jan de Cock en Margaretha Verberckmoest. Maria is in 1602 gedoopt in Sint-Pauwels en met enige puzzelwerk kon ik in de doopboeken 5 kinderen van Jan of Hans de Cock vinden te weten; Maria (1602), Margriete (1605), Jan (1608), Joanna (1610), Andries (1613), Amelberga (1617) en Petronella (1620). Hier diende zich al gelijk de eerste puzzel aan want niet bij alle kinderen werd ook de moeder vermeld en de vader werd zowel Hans als Jan genoemd. De eerste taak was dan ook bewijzen dat het hier slechts één gezin betreft. De ruimte tussen de kinderen geeft hierbij een goede indicatie maar als niet beide ouders in de doopinschrijving worden genoemd blijft het gissen.
Hier bood een CD  met een index van de staten van goed uit Sint-Pauwels van de eerdere genoemde VVF zoelaas. Deze indexering bracht mij naar een akte uit 1634 van het sterfhuis van Jan de Cock getrouwd met Margaretha Verberckmoest.  Even uitpuzzelen hoe precies en ik kon de akte opvragen bij het Rijksarchief van Beveren tegen een kleine vergoeding en kreeg een prachtige foto elektronisch toegezonden. Dat scheelde toch ook weer een ritje van 200 km.
Tja lezen bleek echter toch wel een enorme uitdaging maar twee cursussen en twee jaar verder was deze hobbel genomen en kon ik de akte vrij makkelijk lezen. De akte vermelde
Item comen[de] de vijf oveerge kinderen van wijlent
Jan de Cocq haerl[uyden] vader namelijk Hans, Janneken, Grietken, Andries en[de] Pieryntken sCocx elck IX p[ond] g[roten], gel[ijke] so[m]me als Tanneken en[de] Marijken sCocx so sade hebben ov[er] haer[luyden] vader[lyck] bruytgewant

Bingo ik kon de doopgegevens bevestigen en wist direct dat Maria nog een oudere zus had die niet in de doopboeken stond. Maria en Tanneken waren al getrouwd bij het overlijden van hun vader en deze was welgesteld want elk kind een bedrag van 9 pond groten (ongeveer 5.000 euro in hedendaags geld) nalaten was voor die tijd een aardig vermogen. Dochter Amelberga moet al voor haar vader zijn overleden want zij ontbreekt in het lijstje van de staten van goed.

De volgende stap is natuurlijk het vinden van de ouders van Jan de Cock. De eerste link naar de grootouders begint bij de namen van de kinderen. Een andere belangrijke link naar de grootouders zijn doopgetuigen. Deze komen vaak uit de familiekring zoals broers, zwagers, zussen en schoonzussen. Ook tantes en ooms kunnen soms als doopgetuige optreden maar meestal komen de doopgetuigen uit de zelfde generatie als de ouders. Ze moesten immers in staat zijn om de zorg voor het kind op zich te nemen als de ouders zouden wegvallen. De gebruikelijke methode is zoeken in de doopgegevens naar een echtpaar dat zou passen bij de namen van de kinderen. Helaas beginnen de doopboeken van Sint-Pauwels pas bij 1585 en van de periode tot 1600 zijn slechts wat sporadische zeer slecht leesbare bladzijden bewaard gebleven. Ik heb dus een andere bron nodig dan de doopboeken. Er duikt echter nog wel een oude index uit de 19e eeuw op waarin het huwelijk van Jan en Magraretha wordt genoemd, 1595. Dit geeft in iedergeval een indicatie dat het geboorte jaar van Jan en Margaretha moet liggen rond 1570-1575.

Ik grijp weer terug naar de staten van goed akten en zoeken naar andere akten over een familie de Cock en na enig puzzelen van het uitsluiten van diverse gezinnen valt het oog op het echtpaar Jan de Cock en Maria Westerlinck. Om te twee Jannen uit elkaar te kunnen houden zal ik de man van Maria Westerlinck, Jan de oude en de man van Margaretha Verberckmoes, Jan de jonge noemen.

De eerste aanwijzing om het echtpaar Jan en Maria te ondezoeken is dat Jan de jonge ook een dochter Maria heeft. Mogelijk dus vernoemt naar zijn eigen moeder. Maar Maria is een heel veel voorkomende naam dus ik heb meer bewijs nodig. Ik zoek verder in de staten van goed akte van Jan de jonge. Hij blijkt een belang te hebben van 1/3 in twee stukken land die zijn geërfd van Maria en Pieter Westerlinck. De andere twee delen behoren aan Joos en Pieter de Caluwe. Bingo, weer een generatie toegevoegd aan de puzzel. Jan de jonge is de zoon van Jan de oude en Maria Westerlinck. Maar wie zijn de andere twee personen Joos en Pieter de Caluwe. Waarom erven zij ook in de landerijen van Maria Westerlinck.

Het wordt tijd om de staten van goed akte van Jan de oude door te nemen. Al snel lees ik dat na het overlijden van Jan de oude zijn vrouw Maria hertrouwt met Joos de Caluwe. Kennelijk heeft haar tweede huwelijk nog twee kinderen opgeleverd die samen met Jan een gelijk deel hebben geërfd in de landerijen. Een extra puzzelstukje dat aangeeft dat Jan de oude en Maria Westerlinck de ouders zijn van Jan de jonge.

Het gaat lekker en het smaakt naar meer. Kan deze akte nog meer puzzelstukjes opleveren die mij een generatie verder terug kunnen brengen? De akte verwijst naar de leeftijd van de twee kinderen van Jan de oude die Maria met haar nieuwe man moet onderhouden. Een dergelijke overeenkomst heet een houdenisse en deze duurt gewoonlijk tot de kinderen volwassen zijn. De akte geeft aan dat de houdenisse zal eindigen op kerstavond 1590 als het jongste kind 15 jaar oud is. Mocht het jongste kind eerder komen te overlijden dat eindigt de houdenisse als het oudste kind 15 jaar oud is. Bingo, hoewel we niet weten of Jan de jonge het jongste of het oudste kind is van Maria weten we wel dat hij tussen 1572 en 1575 geboren moet zijn. Zou hij namelijk eerder zijn geboren dan was hij zowiezo te oud (ouder dan 18) om nog onder een houdenisse te vallen. Deze markering van de leeftijd van de kinderen betekent ook een indicatie voor de huwelijksdatum van Jan de oude en Maria namelijk rond 1570. Dit op zijn beurt is weer een indicatie voor de leeftijd van Jan de oude, omdat men gewoonlijk tussen het 20ste en 25ste jaar in het huwelijk trad. Ofwel Jan de oude is geboren voor 1550.

et deze informatie ga ik opzoek naar nieuwe bronnen. De staten van goed akte heeft namelijk duidelijk gemaakt dat Jan de oude land bezat en niet zo'n beetje ook. En wie land bezat of pachte moest belasting betalen. Deze belastingen werden opgetekend in de penningkohieren en van Sint-Pauwels zijn de kohieren van 1571, 1574 en 1586 bewaard gebleven. Precies de goede jaren om iets van Jan terug te kunnen vinden. Ook deze bronnen zijn bewerkt door de vrijwilligers van de VVF. Het zijn overzichtelijke pdf bestanden met een mooie index. Al snel vind ik dus meerdere vermeldingen van Jan de Cock. Hmm we hebben een Jan de Cock fs Jan (zoon van Jan) en een Jan de Cock fs Bauwen. Tja ienemiene mutte is niet direct een wetenschappelijke aanpak dus hoe kom ik tot een keuze. Het goede nieuws is natuurlijk dat ik nu nog maar twee mogelijke namen heb. De vader van Jan de oude moet of opnieuw een Jan zijn of zijn vader is Bauwen de Cock. Kan ik uit de penningkohieren een stuk land koppelen aan de staten van goed akte misschien?

Dit blijkt mogelijk, in de staten van goed akte van Jan de oude vinden we een stuk land een half bunder groot gelegen in de wijk de Crayenackers dat hij heeft gekocht tijdens zijn huwelijk met Marie Westelinck. De andere helft van de bunder is door de voogden gekocht. Zowel in de penningkohieren van 1571 als die van 1574 vinden we bij Jan de Cock fs Bauwen een stuk land van 500 roeden (een bunder is 3 gemet of 900 roeden dus de helft is dan 450; goed genoeg voor de schattingen van die tijd.). In de penningkohieren van 1586 komt Jan de Cock fs Bauwen niet meer voor maar we vinden onder Joos de Caluwe wel een stuk land van 3 gemet groot in de wijk Crayenackers.

Ik kan wel een gat in de lucht springen. Niet alleen kan ik het half bunder dat Jan de oude in 1571 en 1574 nog pachte van Pieter van Broucke, maar kennelijk tijdens zijn huwelijk met Maria heeft gekocht identificeren maar ook de andere helft kan ik in 1586 plaatsen bij Joos de Caluwe die immers met de weduwe Maria was getrouwd. Precies zoals de staten van goed akte beschrijft.

De puzzel is natuurlijk nog lang niet compleet maar ik heb over een periode van bijna 5 jaar onderzoek, met steeds weer opnieuw de zelfde informatie bekijken en verbinden met nieuw gevonden bronnen, drie generaties geïdentificeerd. Tijdens de vijf jaar moest ik opnieuw leren lezen om de akten geschreven in middel-nederlands te kunnen ontcijferen. Ik heb me verdiept in het matenstelsel van de tijd, de munteenheden uit de 16e eeuw en de waarde in hedendaagse geld. Ik heb geleerd over de gebruiken rond huwelijk en de zorg voor weeskinderen bij het overlijden van 1 van de ouders. Maar vooral heb ik vele uren plezier beleefd aan het ontrafelen van de puzzelstukjes.

In mijn volgende blog zal ik de puzzel verder in elkaar leggen als ik Bauwen de Cock de vader van Jan de oude nader ga bekijken.

De fragement genealogie zoals ik hem besproken heb:

I. Bauwen de Cock, tr. onbekend
Uit dit huwelijk:

  1. Jan de Cock, (volgt II)

II. Jan de Cock, geb. voor 1550, ovl. Sint-Pauwels 1585, zn. van Bauwen de Coc, pachte 500 roede land in Sint-Pauwels gelegen in de Crayenacker, tr. ~˜1570 Maria Westelinck
Uit dit huwelijk twee kinderen:

  1. onbekend
  2. Jan de Cock, (volgt III)

III. Jan de Cock. geb tussen 1572 en 1575, ovl. Sint-Pauwels tussen 1628 en 1634, zn. van Jan de Cock en Maria Westelinck, tr. Sint-Pauwels 1595 Margaretha Verberckmoes, geb. aug 1574, overl. Sint-Pauwels 5-5-1650, buiten echtelijke dr. van Andries Verberckmoes en Livine Borms
Uit dit huwelijk:

  1. Tanneke sCocx, (geen doopgegevens alleen vermeldt in Staten van Goed)
  2. Maria de Cock, ged. Sint-Pauwels 23-9-1602 (geen moeder vermeld) get. Paschier Decautere en Machete Cocx, overl. Sint-Pauwels 15-9-1664
  3. Margriete de Coock, ged. Sint-Pauwels 11-10-1605 get. Andries Verbercmoest en Amelken sMaren (als vader vermeldt Hans, geen moeder vermeldt)
  4. Jan de Cock, ged. Sint-Pauwels 8-1608 (geen moeder vermeld) get. Pieter Gubels en Catharina Grembergen
  5. Joanna de Cocq, ged. Sint-Pauwels 16-9-1610, get Gillis Bogaert en Joanna Zegers overl. voor 1-4-1648, tr. Sint-Pauwels 17-5-1636 Adrianus Vereecken get. Joannes de Cock (broer van Joanna) en Egidius van Vlierbergen.
  6. Andries de Cocq, ged. Sint-Pauwels 18-4-1613, get. Joos Wilsens en Lisabeth van Deynse.
  7. Amelberga Cocq, ged. Sint-Pauwels 23-11-1617, Doopgetuigen Joannes de Wilde en Amelberga Spildoren, ovl. voor 1634 (als vader vermeldt Joos)
  8. Petronella Cocq, ged. Sint-Pauwels 26-2-1620, get. P[iete[r van Stappen en Cath[ari]ne Wuytack